maandag 31 december 2012

Zand strooien

Het theater zelf heb ik alleen bezocht in het begin van de zeventiger jaren van de vorige eeuw, voor de 'Angry Young Men'. Een zeer actieve docent Engels, heette destijds nog leraar Engels, sleepte de leerlingen van de middelbare school mee naar theaters in onder meer Den Haag, Brugge en Gent. Een broeder van Saint Louis te Oudenbosch alwaar de school gevestigd was. Ook liet hij de leerlingen kennis maken met 'Medium Cool'.

De rest heb ik allemaal gezien op het scherm, de beeldbuis was dat nog, BBC, BRT 2 (Canvas), ZDF, ARD en WDR. Allemaal klassieke uitvoeringen. En vanzelfsprekend Beckett volgens de strikte aanwijzingen van hemzelf, hij was immers de schrijver en vormgever.
Dat alles leende zich overigens uitstekend voor de buis. Zie bijvoorbeeld 'Not I', met inleiding en nawoord van Billie Whitelaw, de actrice van de monoloog.

Ja en dan die 3 schrijvers, de denkbare god, de provocerende god en de salonfähige god. Die hadden nog een speciale relatie met de media waarin ze hun rol speelden, vaak komisch en onderhoudend. Hoe ze verder in hun privéleven waren, zou ik niet weten. Die tijd lijkt voorbij. De huidige schrijvers hebben zo'n band niet meer, mogelijk omdat ze zelf al voor een groot deel tot het mediacircus behoren.

donderdag 27 december 2012

Zwieren en zwaaien

Zo, inhoud en zwierende jurkjes dus. Of liever nog zwierende jurkjes met inhoud? Dat is wat, ik weet het. Maar goed, de dans is als de ademtocht, een gesprek zonder woorden met de ruimte. Ik herinner mij een onuitwisbaar indrukwekkende kennismaking, lang geleden, met de muziek van P.J. Harvey, gedanst door stoere Tilburgse meisjes. En verder nog het een en ander. De laatste theatervoorstelling die ik zag (het scabreuze stukje openluchttheater dat we samen in Breda mochten bijwonen buiten beschouwing gelaten) was Eindspel van Beckett in de een verlaten fabriek in Vlissingen, de Zware Plaatwerkerij. Kaal en krakend mooi. Verder ben ik natuurlijk te veel besmet door de Makers, de mijns inziens vaak gesloten elite der hemelbestormers. Al kan er natuurlijk wel enige arrogantie nodig zijn wil men zijn punt kunnen maken. Zo was W.F. Hermans immers ook nogal een onuitstaanbare man. Dat wisten we al, maar het werd laatst bevestigd toen ik een artikel over zijn essays las. Stevig schoppend vanuit zijn universum, maar niet in staat tot enige dialoog.

maandag 24 december 2012

Taal, beweging en lichaam

De belangstelling voor ballet dateert uit de tijd van Pina Bausch. Afstoten, aanhalen, omklemmen, aantrekken. Nooit meer loslaten, nooit vastpakken, altijd eenzaam, maar nooit alleen. Het metafysisch magnetisme. Later hernieuwd met Anne Teresa de Keersmaeker, minimale muziek, minimale, repetitieve bewegingen en zwierende jurkjes.
Het theater was er iets eerder.Harold Pinter, John Osborne en Joe Orton. Boze types pasten bij mijn leeftijd en gemoedstoestand destijds. Ook later hernieuwd met Samuel Beckett en Thomas Bernhard. En altijd Shakespeare. Bijna zou ik Botho Strauß vergeten. Die is voor mij onlosmakelijk verbonden met Pina Bausch.
Bewustzijn heeft een willekeurig lichaam nodig, zover ik het overzie, en lichamen kunnen gestuurd door datzelfde bewustzijn merkwaardige zaken produceren en doen. Het meeste daarvan ziet een individu nooit, vandaar theater, dans, literatuur, muziek en ga zo maar door, om een iets doordringender beeld te geven van wat een mens zoal kan overkomen.
Bewustzijn zonder lichaam verstart, is tijdloos en verandert daardoor nooit meer. Laat de artificiële intelligentie eens een kubus of bol met bewustzijn ontwikkelen om deze hypothese te testen.

vrijdag 21 december 2012

Man en vlees

Nu u ook al van dans schijnt te houden en dan nog wel de sensueel-vleselijke variant ervan, is het einde natuurlijk aardig zoek. Wanneer het dwalen door de hersenen op zoek naar continuïteit of verandering in de zinledigheid niet meer bevredigt, rest er niets anders dan de daad van geweld of erotiek. Misschien enigszins gestyleerd, zodat er voor het hoofd ook nog wat te genieten valt. Of, zoals Yvon Jaspers met een zachte glimlach zegt op de voorpagina van Microgids: "Het kerstfeest is zo rijk aan rituelen".

dinsdag 18 december 2012

Niet getreurd en aangevuld

Och, dat private geheugen van mij is warrig, invulbaar naar behoefte en ondoorgrondelijk. Dat is op zich handig, maar verder zinloos. Het leven heeft zover ik het overzie maar een zin en dat is overleving van de soort, als je zoiets een zin kunt noemen, want eigenlijk is het slechts een doel van de soort en is daarbij het individu gereduceerd tot voortplanting en eventuele zorg om daarna geruisloos te verdwijnen. Individueel gezien is leven zinloos en kun je er dus in principe van maken wat je wilt.

Het kortetermijngeheugen missen is vanzelfsprekend veel lastiger. De gebroeders Nolan hebben dat bijzonder weergegeven in Memento (Mori), beginnend met het eind en eindigend met het begin, met daartussen foto's, krabbels, aantekeningen en tatoeages om de werkelijkheid enigszins vast te houden. Alles wordt dan direct manipuleerbaar, je wordt een speelbal van de ander en van jezelf.

Het collectieve geheugen is gemakkelijk aan te vullen in deze digitale tijd. Bijvoorbeeld met de Zeitgeist, een databank of een archief en vergelijkbare virtuele ruimtes.
Daarnaast is er wat cultuur en kunst betreft ook van alles terug te halen, Art en Ubu om eens twee dwarskoppelingen te noemen. De laatste heeft zelfs Ann Van den Broek met Co(te)lette, een verontrustend ballet.
Nu nog een zoeker die alles snel bij elkaar zet in een overzichtelijk stukje met koppelingen naar details, zoiets als Wolfram|Alpha, maar dan beter. Mettertijd zal er zoiets wel komen om het gewenste collectief compleet te maken.

zondag 16 december 2012

Teruggedacht

Iemand zei eens dat de zin van je leven wordt bepaald door je levensloop. Of zoiets. Mijn vader weet niet waar hij is, maar herinnert zich wel veel jaartallen waarbij bepaalde gebeurtenissen horen. Of wat voor weer het toen was. U herinnert zich niet veel, zegt u. Ik herinner me wel het een en ander, al is het fragmentarisch en bewezen onbetrouwbaar. Ooit was ik er pertinent zeker van iets gelezen te hebben, wat bij herlezing van het betreffende boek totaal niet bleek te kloppen. Men herinnert zich dus maar wat. En probeert daarmee een leeg heden te vullen of zekere zaken te legitimeren. Begin een museum of start een oorlog met een functionele herinnering. Een esthetisch spel is ook nog een mogelijkheid. Dat is zo ongeveer alles wat ik erover te zeggen heb. Of me ervan herinner.

woensdag 12 december 2012

Herinneren

Daar er door mij weinig verinnerlijkt wordt, heb ik blijkbaar ook weinig tot geen tastbare herinneringen. Ook geen traumatische of euforische gebeurtenissen te bemerken. Geen geconstrueerde locaties bij historische gebeurtenissen. Bijna een lege feitelijke geschiedenis.
Sommige mensen herinneren zich schijnbaar alles, halen dagelijks herinneringen op, verblijven vaak, soms door omstandigheden, in een ver verleden. In hoeverre hier sprake is van fors fabuleren, zou ik niet weten. Allicht zullen er veel data gestapeld worden.
Mijn moeder, inmiddels 93 jaar oud, zegt nog precies te weten waar ik in Alkmaar woonde, een doorsnee huis in een doorsnee wijk, maar nooit te zullen weten waar ik in Zaandam woon, een markante groene woning in een opvallende omgeving tegenover het omstreden geveltjeshotel. Te ingewikkeld op haar leeftijd.
Ik herinner me dat ik in mijn vorige korte leven een steekloze mug was. Inmiddels ben ik een prikkende dan wel prikkelende schorpioen in een beschermde omgeving.

zondag 9 december 2012

Sprakeloos

Weg ermee dan, met dat aanspreken. Een gepersonaliseerde beleefdheidvorm, zoals fossielen uit de verleden tijd. Wie spreekt, die spreekt en hij die heeft gesproken, gaat over het gesprokene. Tenminste, dat zou zo kunnen zijn, maar de realiteit blijkt vaak anders. Het valt zowaar niet mee, wanneer er zo veelvuldig en in zo veel richtingen wordt gesproken dat het spreken niet veel anders lijkt dan iets wat het lichaam verlaat zoals andere substanties dat doen. Maar wat staat ons dan te doen? Verslaglegging van de triviale evenementen van het bestaan? Er was weer veel regen vandaag. Vrijdag door een sneeuwstorm naar het werk gefietst. Gisteren was het helder weer na anderhalve week betrokken donkere luchten. De stemming was even beter; zon en licht verwarmen het gemoed. Een mens is afhankelijk van zijn omgeving. Vandaag familiebezoek in Brabant. Ik bij mijn zus en A. bij haar zus in Nuenen, die dinsdag verjaart en een groot deel van de tijd nog verblijft in het huis van haar ouders. Dat staat nu nog te koop en is geanonimiseerd opgeknapt, zoals dat heet. Verder werd het laatste nieuws uitgewisseld. Er is dus wel degelijk gesproken. Belangrijkste wapenfeit voor mij: mijn vader krijgt een nieuwe stoel. De oude is doorgezakt en versleten. Wat niet verwonderlijk is, want dit meubel wordt intensief gebruikt. Hij maakt het redelijk voor zover dat in te schatten is. Ik blijf het bijzonder vinden dat hij steeds vraagt waar hij is, terwijl hij uit het raam kijkt en de omgeving ziet waar ik ben opgegroeid, enige steenworpjes van ons ouderlijk huis.


donderdag 6 december 2012

Aanspreken

De wijze van aanhef in de huidige tijd heeft menigmaal nog iets uit een ver verleden, een anachronisme, dat meteen gevolgd wordt door losgeslagen woordgroepen, waarin de letters niet altijd direct te vinden zijn, in elkaar verstrengeld, al dan niet op de gehoopte plaats en vaak verloren in de zin.
Nieuwe vormen ontstaan na een weemoedig afscheid. Soms hebben aanhef en inhoud iets van een krakkemikkige taaldaad, eerst wordt men beschaafd aangesproken, waarna een inhoud volgt die niet te ontcijferen is, behalve wanneer men er zelf van alles aan toevoegt en heel veel weglaat. Lezen is een verplicht creatief vormingsproces geworden.
Met andere woorden, ik zou het nog niet weten. Laten we proberen de structuur niet vast te zetten en er een zichzelf regulerend geheel van te maken.

dinsdag 4 december 2012

Een moeizaam afscheid of een frisse start?

Dat was het dan voor Ludovicus. Na vele jaren is de tijd gekomen om gedwongen afstand te doen van mijn derde doopnaam, waarmee ik sinds het vorige millennium door u werd  aangesproken. Nu wij gekozen hebben om samen verder te leven in de luchtledige ruimte van het openbare digitale bestaan, doet zich de vraag voor hoe wij elkaar gaan aanroepen danwel lukraak willen communiceren zonder enige afstand of restrictie en daarbij dan ook nog een voor derden minder toegankelijk schaduwbestaan willen leiden in onze privé-mailbox. U ziet, een mens - en vooral ik - moet aan alles wennen en zich voortdurend aanpassen aan de grillen van het bestaan. Maar de graankorrel moet sterven om veel vrucht te kunnen dragen (Joh 12:24), dat is ook waar. Dus vooruit dan maar. Al is fruit natuurlijk wel aardig bederfelijk.

maandag 3 december 2012

Een schuchter begin

Voorwaar,

ik zeg u niets dan dit, waarvan ik nog niet weet wat het moet gaan betekenen, zonder daar even voor in het verleden te moeten duiken, daar waar de grens zichzelf oprekt in meerdere dimensies, die nog nader bekeken moeten worden in een opwelling van zelfoverschatting, spot en niet aflatende morele dilemma's, die bij nader inzien slechts onderbrekingen in een zichzelf herhalende reeks van gebeurtenissen, welke niets om het lijf hebben, blijken te zijn.