Soms leek alles te rollen, niet te stuiten, richting afgrond. Dan weer helde het de andere kant uit, het water in. Hoe dan ook leek het een doodlopende weg. Momentopnames van boze, meningsloze, burgers en meehuilende politici, angstige bankiers en egoïstische investeerders, niet of nauwelijks doordenkende columnisten en slaperige journalisten, gevangen in de voortdurende waan van de dag. Egocorrespondenten.
Het was wachten, wachten, niet langer op Godot, maar op de kosmologische burger, met een creatief en vooruitstrevend concept, gericht op de toekomst, overleven in de schier oneindige ruimte. Lang voordat de aarde onleefbaar geworden zou zijn, niet door materiële vervuiling, maar ten gevolge van geestelijke bekrompenheid, geflankeerd door verstandelijk onvermogen.