Eerst alleen nog in de stoel, met zicht op het gazon voor het verzorgingshuis en het bruggetje over het vaartje, geflankeerd door een weg met trottoir. Toen zag ze nog, af en toe, auto's voorbij rijden, mensen hun hond uitlaten, kinderen de eendjes voeren en willekeurige mensen een wandeling maken. Het blijft een dorp, Lage Zwaluwe, en druk is het er niet.
Nu is ze ongewild gekluisterd aan haar bed. Voortdurend wordt ze voorzien van zuurstof, zo nu en dan morfine en dagelijks een slaaptablet om wat innerlijk tot rust te komen. Mondjesmaat eet en drinkt ze nog een minieme hoeveelheid..
Zijn moeder, zijn vrouw en hij bidden zo nu en dan. Dat gebed geeft zijn naïef gelovige moeder enige voldoening en rust, denkt en hoopt hij, mogelijk tegen beter weten in.