maandag 19 augustus 2013
Wachten op het woord
En toen zei hij: "Ik ben sprakeloos", wat waarschijnlijk niet het beste antwoord was op de vraag die niet gesteld werd, maar bij nader inzien kon hij niets beters bedenken. Na ampele overwegingen betreffende het waarvoor, waarom, waarheen en hoezo kwam hij niet verder dan het tellen van de zoveelste rimpeling van zijn gedachten, die, als waarneembare uiterlijkheid, voor hem eigenlijk te weinig om het lijf had, hem niets zei, kortom een betekenisloze indruk maakte in een universum van gezwollen woorden, die, als altijd, nagenoeg zonder onderbreking, zijn hersenen bezighielden zonder dat hij, al had hij het gewild, dat proces kon vertragen dan wel stoppen, nee, hoogstens nieuwe wachtwoorden verzinnen kon hij, moest hij, dat was het nog waard om voor te leven, die noodzaak, omdat het moest, niet anders kon, gedwongen werd hij in een stroom van totale vergetelheid waarin woorden hem om de oren en ogen vlogen, bleef niets anders over dan het verlopen wachtwoord dat hem dwong tot inkeer en contemplatie. Een nieuw wachtwoord; minimaal acht tekens, waarvan minimaal één hoofdletter en één symbool en het nieuwe wachtwoord mocht niet op het oude lijken, op geen enkele manier, op straffe van uitsluiting, vernietiging, voorgoed.