maandag 13 oktober 2014

Vermoeden

De reiger veronderstelde het bestaan van de muis, hoewel hij er niet zeker van was. Ieder moment dat hij dit wilde vaststellen werd hem ontnomen door de opeenvolging van gebeurtenissen. Probeerde hij het moment vast te zetten dan ontbrak het hem aan voorstellingsvermogen.

Bij het nuttigen van een muis deed hij zijn uiterste best bestaan en voorstelling te combineren, maar de muis werkte niet mee en bleef tegenstribbelen. Moeizaam schrokte hij de muis naar binnen. Enige meeuwen die in de buurt rondcirkelden konden het bestaan van de reiger niet ontkennen, maar vermoedden dat het slechts een zinsbegoocheling was.

De reiger had een vermoeden van de muis die zijn honger voor even gestild had. 

(Digitaal archief, 23-02-2000)