dinsdag 28 januari 2014

De niet gestelde vraag

De antwoorden vlogen hem om de oren en bleven onophoudelijk binnenstromen. Hij probeerde ze enigszins te ordenen in zinvolle rubrieken, maar slaagde daar maar ten dele in. Zijn hersenen raakten overvoerd en zijn postvak overvol. Onvermoeid zocht hij naar de vraag, overal in alle hersenmodules en postvakken. Onlustgevoelens van een mislukte filosoof, een schrijver die bij zijn moeder logeerde, mislukte opnamen van een gedeprimeerde president, minder armoede en uiteindelijk minder mensen op deze planeet, een gure oostenwind, roeren in een koffiekopje en verder eindeloos veel, te veel om op te sommen, antwoorden en suggesties. De vraag bleef weg, was mogelijk nooit gesteld of wel gesteld zonder ooit de juiste geadresseerde te hebben bereikt.

donderdag 23 januari 2014

Ergerlijk gedicht

Ach nee,
het zal toch weer niet waar zijn.
Ach ja,
is het weer zo ver.
Het rijmt niet,
het lijmt niet,
het geeft geen pas.
Er achteraan hobbelend,
zich afvragend,
wat is dit nu,
hoe kan dat nou,
waar moet het heen?
Stagnatie,
stookolie,
alvleesklier,
vegetarisch onbehagen.
De mens leeft zijn lot.
Alles gaat ooit kapot.
Toch nog wat rijmelarij,
zo vlak voor mijn vertrek.

maandag 20 januari 2014

Afgeleide

Transformationeel generatief grammaticaal gesteld valt er niet veel te verwachten van de logica van natuurlijke taal, zo lang deze op waarheid gebaseerd is. Ostentatief verwijzen is een zeer summiere aangelegenheid in een grotendeels virtuele wereld die nog maar sporadisch iets te maken heeft met objecten in de werkelijkheid. Z sleept nog steeds met zichzelf op zijn rug, K is hoe dan ook schuldig, alleen doordat hij bestaat, Anders die uiteindelijk Ulrich heet vindt gedeeltelijk verlichting bij zijn zus en God (inclusief alle variabelen voor dit begrip) is een onuitroeibare abstractie.

zondag 12 januari 2014

zondag 5 januari 2014

Stroom

Meegesleept door de betekenis van een onbekend woord, dacht hij aan de mogelijke referentie, verborgen achter de vluchtigheid van een ongekend verleden, waar ooit intensie gelijk was aan extensie, nee, geen geluid, geen onomatopee, maar een abstract begrip dat wortels had in een aangenomen realiteit, ontdaan van validatie en experiment, vluchtig als bindmiddel, zonder dogmatiek en moralisme, gehuld in onbegrijpelijke regels en voorschriften, onontkoombaar en ongrijpbaar, transparant in transitie zoals dat tegenwoordig heet, dus eigenlijk volstrekt onzinnig, desondanks onuitroeibaar, geletterd in een onsterfelijk boek, fijngebladerd, ongelezen, onleesbaar, wegzakkend in een brij van overbodige informatie, enkel dienend om bezig gehouden te worden in de eigen ontkenning van de vermoeiende realiteit, de graal van de duiding.