Het was tijd om het een en ander op een rijtje te zetten. Zoals gewoonlijk schoot hem niets te binnen dat geregeld dan wel geplaatst diende te worden. Er zat niets anders op dan iets te bedenken dat geordend kon worden.
Cijfers waren te afgezaagd, letters te bekend, beelden te ondoorgrondelijk.
Restte niets anders dan een slurf die oorverdovend trompetterde. Een leeuw die hevig brulde, of was het een luiaard die een leeuw imiteerde. Het werd in het geheel niet duidelijk, totdat het niet meer te harden was en hij besloot dat alles slecht virtueel moest zijn en net zo goed anders had kunnen zijn of misschien wel anders was.
In wezen hoefde er niets geordend te worden, het was allemaal al, buiten hem om, bepaald. De onbekende programmeur zag dat het niet deugde, maar had het gezag over de programmeercode uit handen gegeven en kon er niet meer bij.