De kubus had een onnavolgbaar verleden, maar was massief en op een bepaalde manier onkwetsbaar. De muur was een overblijfsel van de tempel en bood ruimte voor papier en eindeloze discussies.
De gestenigde kubus in een mensenmassa. De tweedimensionale muur als symbool voor terugkeer naar een Goddelijke tempel.
De werkelijkheid had hier niets mee van doen, het was allemaal suggestie, maar dan wel een van de onuitroeibare soort. Eigenlijk is de suggestie veel hardnekkiger dan de werkelijkheid, die ook slechts een afspiegeling is van de niet kenbare materie.